Gisteravond bij donker zijn we het haventje van Saintes Maries de la Mer aangelopen (Frankrijk, tussen Montpellier en Marseille). Deze haven hadden we domweg gekozen omdat dit bij de wind en de golven van gisteren de beste keuze was.
Wat we hier zouden aantreffen hadden we geen idee van. Vandaag schijnt de zon en werden we aangenaam verrast.
Allereerst was daar een IJsvogel die in de vroege ochtendzon vlak bij onze boot en de steiger een zonnebad nam - lekker warm worden naar een koude nacht. Zodra hij door had dat ik een foto probeerde te maken vloog hij weg, naar het voordek van een zeil jacht 30 meter verderop. Dit scheepje draagt de naam Marsipulami - bij lezers van stripboeken is dit magische dier zeer bekend.
Marttje en Edwin gaan in de ochtendzon op zoek naar een bakker en supermarkt. Saintes Maries de la Mer blijkt de officieuze hoofdstad te zijn van de Camargue, het waterrijke laagland gebied in de delta van de Rhone. Een paar mijl ten westen van ons komt de kleine Rhone in de Middellandse zee, tien mijl ten oosten de grote Rhone. De kustlijn is een dunne zandrichel (echte duinen kun je het niet noemen, waarachter een groot zoetwaterbekken zit in een aantal meren, ofwel etang in het Frans.
De Camargue heeft wereld faam vanwege watervogels, die in dit waterrijke foerageren voor ze via Corsica en Sardinië naar Afrika vliegen.
Ook zijn er veel paarden die in de graslanden vrij grazen - ze kunnen hel wat lopen, maar nergens heen omdat ze ingesloten zijn door te takken van de rivier de Rhone. Veel standbeelden van paarden in deze stad.
En dan is er in het stadje een arena, met standbeelden van Stieren ervoor die geen twijfel laten bestaan waarvoor deze arena is bedoeld.
In de straten wordt met aanplakbiljetten gewaarschuwd voor losse stieren en paarden in de straat.
Het kerkje in het hart van het stadje is omringd door een pleintje met winkels die nog in de schaduw liggen op deze vroege decemberochtend.
Er is een zigeuner plein, Place de Gitanes. Op wikipedia staat dat dit een bedevaartsoord voor Roma is.
De naam Saintes Maries de la Mer verwijst naar de heilige Maria’s die hier per boot aan land gekomen zouden zijn. Deze gebeurtenis is afgebeeld in het stadswapen, word als theaterstuk jaarlijks opgevoerd. In Spanje in het kustgebied rond Santiago de Compostella zijn diverse steden die hetzelfde mededelen - de heilige Maria’s waren ook daar per schip aangekomen.
Wij vertrekken vandaag, want voor morgen is een harde wind voorspeld, en de dag erna een heuse Mistral, een storm uit het Noordwesten waar de haven weinig luwte bied, dus we gaan vandaag op zoek naar een goede plek om de storm uit te zitten.
Als we de haven uitvaren, zien we in het noordoosten een solitaire berg van een karakteristieke vorm. Dan heeft Edwin een deja-vu moment: het blijkt de Mont Ventoux te zijn, de beroemd-beruchte berg die in menige tour de France de kampioenen selecteert. Het gezegde gaat dat je een etappe op de Mont Ventoux maar een keer in je leven kunt winnen. Een jaar of wat geleden waren we in deze streek op vakantie en hebben toen de berg bekeken - het is een eenzame berg in een vlak landschap waar je aan de oostkant de Alpen ziet liggen.
Windy had voor vandaag een zwakke wind uit het westen voorspeld, dus in de haven maken we Grutte Pier, onze genaker klaar om te hijsen.
Op het water blijkt een zeer zwakke wind uit het noordoosten te staan, wat niet matcht met de genaker koers die we graag willen varen. Zou dit nog een restje landwind van afgelopen nacht zijn?
Een uurtje later is er een zuiden wind die net sterk genoeg is om de genaker te laten staan. Heerlijk rustig glijden we naar Marseille.
We komen in het donker aan bij een vlakke zee. De oude haven van Marseille blijkt dicht te zijn - groot onderhoud. We wijken daarom uit naar een haven waar ooit de vloot van Julius Caesar lag, een haven tussen twee rotseilanden een kilometer uit de kust van Marseille. Daarover later meer..
Edwin
Reactie plaatsen
Reacties